Review: Het meisje met de Leica

Bij uitgeverij De Bezige Bij verschijnt vandaag de roman Het meisje met de Leica. Een boek van Helena Janeczek. Janeczek werd in 1964 geboren in Duitsland en verhuisde als tiener naar Italie. Ik vind het altijd inspirerend als iemand die een taal niet met de paplepel ingegoten heeft gekregen, later dan een boek in die taal gaan schrijven. Kader Abdolah in het Nederlands bijvoorbeeld. Janeczek is redacteur van het literaire tijdschrift Nuovi Argomenti en dook voor dit boek in het levensverhaal van de historische figuur Gerda Taro. Hoewel een historisch figuur, gaat het de schrijfster om het vertellen van een mooi verhaal, het is geen biografische geschiedenis geworden. Daarbij bleken de herinneringen van dierbaren een mooie insteek.

Het boek is dus non-fictie, maar heeft wel degelijk de vorm van een roman. Wil je meer harde non-fictie, lees dan het boek van Baricco (over de gevolgen van de digitale revolutie) of Blasi (over Italiaans feminisme) eens. Een ander non-fictie boek dat leest als fictie is M figlio del secolo (over Mussolini) dat op dit moment vertaald wordt.

Synopsis

Gerda was een twintiger in de tijd dat WOII uitbrak. Het boek bestaat uit vijf delen, waarin in drie delen drie kennissen het leven van Gerda vertellen. In 1933 verliet Gerda haar moederland Duitsland en ging naar Frankrijk. Het boek gaat over de periode van haar leven waarbij ze als oorlogsfotografe werkte. Een tijd van opkomend fascisme en nazisme, in Parijs. Ze werd ook bekend als de geliefde Andre Friedmann. Ook een joodse fotograaf zoals zijzelf met wie ze samen Robert Capa bedacht om zo hun foto’s te kunnen slijten bij de grote dagbladen in Europa. Gerda was een onafhankelijke en geemancipeerde vrouw voor haar tijd en overleed op jonge leeftijd in Spanje, waar ze werkte als oorlogsfotografe. .

Deel 1 en 2

Het eerste deel bestaat uit foto’s van Gerda waarbij Janeczek een context schrijft. Ze schrijft het verhaal achter die foto’s. Mooi gedaan, pakkend meteen vanaf het begin. Een menselijke context bij een beeld. Beelden die we tegenwoordig vaak registreren maar niet meer zien.

Het tweede deel is het begin van de roman. Het verhaal van Gerda wordt verteld door een oude liefde, Willy Chardack. Éen van de vele want Gerda had een hele schare mannelijke volgers. De fotografe wordt door Chardack voortdurend beschreven in haar elegantie. Ik begrijp Chardack wel, het is best een goedige loebas, kwetsbaar voor vrouwelijk schoon. Maar ik vat geen sympathie voor hem op. Kennelijk blijft hij toch in een bepaalde stereotypering hangen.

Zijspoor

Italianen hebben er nogal een hand van om iemand helemaal op te hemelen als ze elegant is. Zo heb ik ook een Italiaanse docent gehad die een leerling voortrok vanwege haar esthetische opvattingen en voorkomen. U kunt ook vast iemand bedenken. Sommige Nederlanders hebben het namelijk ook. Mensen die zich totaal niet bewust zijn van het feit dat hun mening over vrouwelijke esthetiek politiek incorrect en kleinerend is. Of misschien interesseert het ze gewoon niet. Zo heb je ook bestuurders die meisjes met een politieke mening kunnen uitleggen hoe het echt zit.

Het zal wel jaloezie van me zijn op Gerda. Ik bots tegen dingen aan, heb geen natuurlijke charme behalve mijn bijtende spot, ben tien kilo te zwaar en draag nooit hakken. Elegantie is een gegeven, een aangeboren conditie. Elegantie kun je een beetje verwerven: je kunt mooie kleren aandoen maar al draagt een aap een gouden ring…..Het is een gegeven dat sommige vrouwen elegant zijn, meerdere Italiaanse vrouwen zijn het dan Nederlandse. Maar hen mythische eigenschappen toeschrijven, dat dwepen, het is onhebbelijk.

Italiaanse schoonheid: soms lijkt het alleen maar aan de buitenkant te zitten.

Het is wellicht nogal amateuristisch om als boekreviewer kritiek op het boek te hebben omdat een personage (Chardack) me niet ligt. In een interview met de schrijfster gaat het over il desiderio di verderla. Het verlangen om Gerda te zien. Ik word daar een beetje moe van. Het is goed geschreven hoor, ik zag onder de woorden van Janeczek ook echt wel een charismatische dame verschijnen, vooral ook vanwege haar maatschappelijke bijdrage als oorlogsfotografe. Als ik alleen vanuit moreel oogpunt naar het karakter van een personage kijk, zou ik sowieso heel veel romans moeten afschrijven. Raskolnikov, van ‘Schuld en boete’ van de schrijver Dostojevski bijvoorbeeld. Terwijl dat toch ook mateloos interessant is. En dat maakt van mij blik op Chardack maar een onbelangrijke mening die er niet toe doet voor de waardering van het boek.

Een wetenschappelijke analyse is wel interessant om te lezen. Literatuurwetenschapper Manetti schrijft in dat artikel onder de link dat hoe Gerda in het geheugen van anderen vorm heeft gekregen bepalend is voor de roman. Dat is een interessant gegeven. Je bent iemand anders in het hoofd van iemand anders dan in je eigen hoofd.

Perspectief van vriendin Ruth Cerf

In deel 3 wordt Gerda beschreven door haar vriendin Ruth. Er komt dan iets meer naar voren over de geschiedenis en haar persoonlijke verhaal en keuzes omdat deze vriendin niet de gierende hormonen heeft van Willy. Je ziet dan dezelfde elegantie door de ogen van haar vriendin meer als nonchalance en eerlijkheid. De optimistische fotografe wordt dan een stuk interessanter en makkelijker om van te houden. Het wordt iets meer een mens, je ziet ook haar tekortkomingen en twijfels. Ook blijkt dat Gerda gewoon lichtzinnig en onbezorgd is en dat ze daardoor bepaalde keuzes maakt die, met de wetenschap van nu of van anderen, onbezonnen waren. Ze blijft tegelijkertijd, door de bril van Ruth ook een verheven persoon, door het gemak en nonchalance waarmee ze goede morele keuzes lijkt te maken.

Janeczek zegt dat deze eigenschap, een zekere onbezonnenheid, kenmerkend is voor de jongeren die geboren werden tijdens WOI en zorgeloos opgroeiden. Die gelaagdheid van verschillende perspectieven geeft wel een meerwaarde aan het boek en het verhaal van Gerda. Mijn cynische stereotypering (avonturier, lekker wijf, doener) verdwijnt niet helemaal, maar wordt wel genuanceerd.

Die vanzelfsprekendheid in morele keuzes is iets waar ik zelf moeite mee heb: vaak geef ik mensen gelijk in een gesprek en begrijp hun standpunt en denk ik achteraf het tegenovergestelde. Of neem ik zelf een bepaald standpunt in, waar in dan later, door meer informatie, op terug moet komen. Mijn realiteit lijkt weerbarstiger van die van Gerda, maar Gerda zien we dan ook alleen door de ogen van anderen. Dat is wellicht ook de aantrekkingskracht van het hele verhaal en de charme van dit boek.

Tot slot

De laatste kennis is Georg Kuritzkes, ook een oude liefde. Het boek wordt afgesloten met een vijfde deel waarin de schrijfster Janeczek het woord weer neemt, zoals in het eerste deel. Het boek won trouwens belangrijke Italiaanse literaire prijzen, waaronder de Premio Strega van 2018. Ik hoor graag wat jij er van vindt en of mijn verhaal herkenbaar is. Lees het boek en laat een reactie achter.

Het meisje met de Leica

Helena Janeczek

De Bezige Bij (2019)

Vertaling: Els van der Pluijm

24,99 euro.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *